Sologamie: een hype? of een nieuwe relatievorm!

Aan het eind van de lente stierf een vriend. Hij was single. Of was het alleengaand? Poly-amoureus had ik hem wel eens horen zeggen. Ik mis zijn stem en zeker omdat ik vandaag een artikel lees, dat ik juist met hem had willen bespreken. In de Psychologie: ‘Single zoekt niemand’, heet het, geschreven door Roanne van Voorst – Antropoloog van de toekomst, aldus LinkedIn. Met hem had ik willen brainstormen over het beste Nederlandse woord voor de Happy Single, de Alleengaande, de Sologaam, de Self-partnered, de Poly-amoureuze FWB, alhoewel dat laatste anders dan de anderen een actief seksleven impliceert.

Bestaat de Happy Single alleen maar Virtueel?

Gelukkiger zijn zonder relatie, dat vinden we maar lastig te geloven in ons aangeharkte land. Mijn generatie is nog van ‘het gezin als de hoeksteen’. wij citeren kwistig onderzoek waaruit blijkt dat je gezonder blijft en dus ouder wordt, als je een relatie hebt. Desnoods neem je een hond: er moet wat te aaien zijn. Maar klopt dit beeld wel?

Mijn vriend had twee huwelijken achter de rug. Goed contact met beide exen, in totaal vier geweldige kinderen en een cosy appartement in het centrum van mijn dorp. Een gevarieerd ZZP-bestaan na een tamelijk succesvolle carrière in farma combineerde hij met veel schrijven, zittend op een terras of aan zijn favoriete tafeltje binnen. Als we zaten, dwong hij tot luisteren, hij zat boordevol verhalen en inzichten, waarin ik vrijelijk mocht grabbelen en rondwaren. Hij maakt op mij altijd een opgeruimde en gelukkige indruk, afgezien van de slopende ziekte die hij niet altijd van tafel kon houden.

‘Hij was wel vaak eenzaam’, zo wist iemand mij met zekerheid te vertellen. Meewarige blik, ze had hem niet kunnen helpen.
Tja.
Hij liep wel eens alleen door het dorp, blik naar binnen gericht. In gedachten zeker, maar eenzaam?
‘Is dat niet gewoon jouw projectie?’, prikte ik zachtjes.
En ik liep weer tegen alle clichés aan, waarom de mens niet voor een single bestaan is geschapen. Biologie, antropologie, sociologie en psychologie bleken een ruime vergaarbak vol zekerheden voor mijn gesprekspartner. Ik bleef in het hoofd zitten met de stralende glimlach, ondeugende blik en enthousiaste lach van mijn vriend.

Een solo leven heeft voordelen

We worden steeds ouder en dus neemt het aantal weduwen en weduwnaars toe. We scheiden meer dan ooit. We stellen het stichten van een gezin langer uit dan ooit. We leven individualistischer dan ooit en zijn steeds minder bereid de compromissen van een langdurige relatie voor lief te nemen. De grote groep alleen-levenden groeit alleen maar door, door omstandigheden en door vrije keuze. En dus wordt ook steeds duidelijker dat dit voor veel van hen een prima, zo niet uitstekend bestaan is. Zeker degenen die de ervaring van een lange relatie kennen, waarderen datgene wat het leven alleen hen biedt: veel me-time, even rust in je eigen cave bij thuiskomst, geen rekening hoeven houden met de ander. En relatieproblemen heb je niet meer. Althans, geen relatieproblemen die lang hoeven duren. Wel kan het zijn dat je steeds dezelfde problemen hebt in opeenvolgende relaties en dat zegt alles over jezelf. Maar hey who cares? Er hangt geen heel leven samen, een gezin of meekijkende familie meer vanaf: kappen en door.

Ook blijkt dat singles vaak beter hun sociale netwerken onderhouden en er meer op uit gaan. Ze beleven meer, doen meer. Omdat ze niet gebonden zijn door verplichtingen van het gezin, organiseren ze meer samen: ze hangen hun eigen slingers op. Natuurlijk zijn er ook de mannen die versloffen voor de TV en vrouwen die zich met chips verliezen in alweer een volgend seizoen van een on demand sit-com. Maar dat is een minderheid. En wat dan nog: als dat is wat goed voelt, niemand die je tegenhoudt.

Relaties veranderen, steeds sneller

De hoeksteen blijft vast nog wel even zitten. Maar wat zeker is: het palet wordt veelkleuriger. Hoewel het Hollywood ideaal nog altijd ‘happily ever after’ predikt, komt er een generatie aan die meer dan vorige generaties gemengde vriendschappen aangaat. Onze tieners chatten en chillen veel vaker gemengd, dan wij vroeger deden. Als je bevriend was met een meisje, was er bijna altijd sprake van verkering: een exclusief verband waar oudere broers en zussen je mee plaagden en waar ouders niets van mochten weten. Hoewel in deze tijd veel jongens in eerste instantie nog kiezen voor samen spelen op de PlayStation (iedereen in zijn eigen huis), zie je ook daar vanaf hun 15e/16e meer gemengde vriendengroepen ontstaan. Binnen die los-vaste verbanden ontstaan allerlei soorten van verbindingen, die veel veelkleuriger zijn dan het ‘is het aan, of is het uit zoals het tot pakweg vijftien jaar geleden werkte. Social media en de smartphone veranderen zienderogen het sociale spel. En bij de dertigers zie je de eerste tekenen van die veranderingen.

Wat mij opvalt is dat een stel vaker niet meer de investeringsbereidheid heeft om te blijven werken aan een niet voldoende voedende relatie. Het moet wel werken, anders kunnen beide partners prima alleen verder. Zelfs als er een kleine is geboren: de onderlinge economische afhankelijkheid is vrijwel verdwenen. Veel jonge stellen twijfelen na een eerste kind of er een tweede bij mag komen: willen we ons wel definitief aan elkaar en aan ons gezin binden? In de praktijk zie ik veel jonge stellen, die weliswaar al een kind hebben, maar nog lang geen zin hebben om een leven vol sociale contacten, festivals, trips en feesten, helemaal los te laten. Dan gaat het op de lange baan en verliezen partners nogal eens het contact met elkaar. Volgens Esther Perel, de toonaangevende relatietherapeute, zullen vooral de vrouwen steeds meer degenen zijn die de relatie opbreken, omdat het niet meer volstaat, omdat ze zich niet meer voldoende gezien voelt, omdat de seks niet meer voldoet, omdat hij blijft hangen in zijn werk, zijn vriendengroepje, zijn hobby’s.

Hoe ziet het relatie speelveld van de toekomst eruit?

Ik denk daarom dat we langzaamaan richting iets meer dan één kind per relatie gaan. En dan wordt co-ouderschap en dus een scheiding makkelijker. En dat geeft ruimte aan ons verlangen te blijven groeien in serieel monogame relaties. Aan de andere kant zien we bij dertigers ook meer hybride relatievormen: poly-amorie, open relatie, niet monogaam partnerschap. Meer ‘jonge’ stellen experimenteren en bezoeken parenclubs en erotische feesten. De noodzaak en bereidheid om keihard te werken aan die ene exclusieve, monogame relatie voor het leven, is definitief aan het verdwijnen. En daarom zou het zomaar kunnen dat steeds meer mensen de periode van sologamie, self-partnership, happy single, bewust ongebonden partner zullen leren kennen en zullen ervaren wat de positieve kanten van het vrolijk alleen leven, zijn.